3. Financiën

We zijn transparant over de besteding van de financiële middelen. Daarover zijn afspraken gemaakt vanuit ons ondersteunings- en jaarplan. Elk trimester vergelijken we de gedane uitgaven met de begroting.

Wij wijzen onze middelen toe op basis van drie ondersteuningsniveaus:

• Basisondersteuning en lichte ondersteuning (niveau 0 en 1)

• Extra ondersteuning in het regulier onderwijs (niveau 2 en 3)

• Extra ondersteuning binnen voorziening speciaal (basis)onderwijs (niveau 4)

Basisondersteuning
Voor de basisondersteuning ontvingen de schoolbesturen in het verslagjaar € 120,- per leerling. Scholen kunnen hiermee de kwaliteit van hun ondersteuning versterken op basis van de behoefte bij leerlingen. Het is van belang dat deze middelen doelmatig worden uitgegeven en verantwoord.

Extra ondersteuning
Bij de start van ons samenwerkingsverband is er gekozen voor een overgangsmaatregel. Tot augustus 2014 gold de regeling 'leerlinggebonden financiering' (het zogenaamde rugzakje). Afgelopen jaar ontvingen scholen hiervoor € 55,- per leerling. Dit deel van de ondersteuningsmiddelen wordt afgebouwd en stopt m.i.v. 1 augustus 2021.

Ons resultaat over 2019-2020:

Het resultaat over het schooljaar laat een positiever beeld zien dan het schooljaar 2018-2019, met name door de nabetaling van de rijksbijdrage over 2018-2019.

Afhankelijk van het daadwerkelijke resultaat over het boekjaar 2020 kunnen deze middelen opnieuw bestemd worden (resultaatstoedeling bij jaarrekening 2020).

Onze uitgaven van schooljaar 2019-2020 zijn in onderstaande grafiek weergegeven.

In algemene zin kan geconcludeerd worden dat de druk op de financiële mogelijkheden van het samenwerkingsverband toeneemt, als gevolg van een aantal factoren die zich min of meer tegelijkertijd voordoen:

De vereveningsbijdrage eindigt.

Het samenwerkingsverband ontving vanaf 2014 een vereveningsbijdrage omdat op de peildatum voor passend onderwijs (1-10-2011) het aantal leerlingen in het speciaal onderwijs en het aantal ‘rugzakjes’ hoger was dan landelijk gemiddeld. Deze bijdrage is jaarlijks afgebouwd, waarbij de bijdrage voor zware ondersteuning eindigt op 1 augustus aanstaande, en een kleine materiële bijdrage nog doorloopt tot 1 januari 2021. De beëindiging van deze bijdrage betekent een verminderde baten.

Leerlingenaantal basisonderwijs

Er is nog steeds sprake van afname van het aantal leerlingen in het regulier onderwijs. De daling op 1 oktober 2019 ten opzichte van het jaar daarvoor bedraagt minus 96 leerlingen. De baten aan lichte en zware ondersteuning dalen navenant.

Groei SBO

Was er tot 2019 nog sprake van een deelnamepercentage SBO onder de 2%, waardoor er ondersteuningsmiddelen terugvloeiden in de begroting. Inmiddels is de deelname gestegen naar 2,05% en is er sprake van een aanmerkelijke overdrachtsverplichting wat leidt tot een verdere afname van de totaal beschikbare middelen.

Groei SO

Inmiddels bezoeken 418 leerlingen het speciaal onderwijs met een TLV van ppo Noord-Kennemerland en is het deelnamepercentage in het SO 2,04% (landelijk 1,76%). Naast deze groei in absolute aantallen, is ook het aandeel van de TLV-categorie “hoog” gestegen (van ruim 6% in 2014 naar afgerond 17%).

Deze optelsom van factoren zorgt voor dalende baten én stijgende lasten. In de begroting 2020-2021 wordt de algemene reserve dan ook vooral ingezet om het huidige beleid zo goed en zo lang mogelijk te handhaven.

De meerjarenbegroting maakt echter duidelijk dat dit, als bovenstaande trends zich voortzetten, op den duur niet meer financieel mogelijk blijft.

Algemene reserve

De rijksinspectie heeft eind 2020 een advies aan OCW opgesteld waarbij sprake is van het vaststellen van signaleringswaarden voor het vermogen van samenwerkingsverbanden. Hierin wordt een signaleringswaarde van 3% van de totale bruto baten en minstens genoemd voor het weerstandsvermogen en 5% voor de totale algemene reserve. De signalering van 5% of meer zou dan moeten leiden tot een gesprek met het samenwerkingsverband over de motivatie om een dergelijke reserve aan te houden. Dit advies is nog niet door OCW overgenomen, maar daar op vooruitlopend levert dat de volgende conclusie op:

• 3% van de totale baten is in 2020-2021 komt neer op € 372.000. Het weerstandsvermogen (zie risicoanalyse in het jaarverslag) is eerder bepaald op € 400.000. Dit betekent dat, indien de signaleringswaarde van 3% regel wordt, een bedrag van € 28.000 kan worden verschoven naar de bestemmingsreserve.

Doelmatige besteding middelen

Op initiatief van onze controller verantwoorden de schoolbesturen in hun schooljaarverslag (paragraaf passend onderwijs) de besteding van de toegekende middelen voor de basisondersteuning. Hieruit valt op te maken dat de toegekende middelen veelal volledig rechtstreeks ter beschikking gesteld worden aan de scholen. De scholen zijn vrij om de middelen naar behoefte aan te wenden voor passend onderwijs (formatie ib-er, extra ondersteuning, inhuur expertise, professionalisering en aanvullende onderzoeken). Bij één schoolbestuur is met de directies een verdeelsleutel overeengekomen om ook kleine locaties een basisondersteuning te geven in de ondersteuningsstructuur.