2 Tijdelijke observatie- en interventieplaats op het s(b)o

In sommige situaties is het niet direct duidelijk welke ondersteuning het beste is voor een kind of is een situatie vastgelopen en is er geen directe oplossing voor handen. In deze gevallen is het wenselijk dat er een tijdelijke observatie- en interventieplaatsing in het speciaal (basis) onderwijs (S(B)O) mogelijk is, zodat zorgvuldig kan worden bepaald wat de beste vervolgstap is voor het kind.

In het schooljaar 2019-2020 hebben 16 leerlingen gebruik gemaakt van een observatie- en interventieplaats (OIP). 14 hiervan deden dit op een sbo-school, de andere 2 op een so school.

In bovenstaande grafiek zijn de observatie- en interventieplaatsen aangegeven per trimester op basis van hun begindatum.

• Omdat de verschillen te groot werden tussen de toegekende middelen en de daadwerkelijk uitgevoerde interventieplaatsen, is er met ingang van dit schooljaar overgestapt op “betaling per verrichting”, met een factuur na afloop en een vast weektarief.

• Ook is het duidelijk dat het aantal plaatsen beperkter zal zijn dan in vorige jaren, soms doordat er niet genoeg plekken zijn op de scholen.

Wanneer we voor het schooljaar 2019-2020 per school kijken hoeveel observatie- en interventieplaatsen gebruikt zijn ontstaat het volgende beeld:

We zien hier dat vooral SBO de Vlindertuin observatie- en interventieplaatsen heeft gerealiseerd.

Jaarlijks wordt samen met de S(B)O scholen geëvalueerd of het aanbod van elke school aansluit bij de behoeften van de kinderen en worden indien nodig afspraken gemaakt over de verdeling van de middelen.