In het Nieuws: Voorlezen op de ’school voor slechthorenden’. Hoe dat gaat? ’Stop maar eens je vingers in je oren en probeer dan een vergadering te volgen’

  • feb 2023
  • PPO-NK - community beheer
  • 381
PPO-NK - community beheer
Voor iedereen

Maximiliaan is trouwens een heel lastig woord, gelukkig helpt het gebaar met het brilletje.Voorlezen op de Burgemeester de Wildeschool gaat net even anders dan anders

Verscholen achter een woonwijk, bereikbaar via een weggetje dat doodlopend lijkt, doemt daar opeens een basisschool op: de Burgemeester de Wildeschool. In de volksmond heet het de school voor slechthorende kinderen, maar veel meer leerlingen hebben een taalontwikkelingsstoornis, beter bekend als TOS. Volgens docente Wilma Hulshout zijn kinderen met TOS vaak onzeker: ,,Niemand snapt ze of verstaat ze. Ze durven nauwelijks meer te praten. Als je dan de woorden ondersteunt met gebaren zodat je met een kind kan communiceren, dan zie je het vertrouwen groeien.”

Volgens docente Wilma Hulshout zijn kinderen met TOS vaak onzeker: ,,Niemand snapt ze of verstaat ze. Ze durven nauwelijks meer te praten. Als je dan de woorden ondersteunt met gebaren zodat je met een kind kan communiceren, dan zie je het vertrouwen groeien. Eigenlijk staat die ligging iets buiten de maatschappij wel symbool voor slechthorendheid”, merkt logopediste Jolanda de Wit op. „Slechthorendheid is vaak een onbegrepen aandoening. Reken maar dat je moe bent als je een dag met een hoorapparaat hebt gelopen. Stop maar eens je vingers in je oren en probeer dan een vergadering te volgen. Heel vermoeiend. En dan verlies je maar twintig decibel, dus ben je nog lang niet slechthorend.”

Voorleesdagen

Vandaag wordt er op de Burgemeester de Wildeschool stilgestaan bij de Nationale Voorleesdagen. Juf Wilma leest het prentenboek Maximiliaan Modderman voor aan de kleuters van groep één en twee. Maximiliaan wordt uitgebeeld door van je vingers een brilletje te maken. Dat vinden de kinderen grappig. Ze dragen geen van allen een echte bril. Ook geen hoorapparaat trouwens. Slechthorende kinderen zijn er op deze school nauwelijks. De techniek van hoorapparaten en CI (cochleair implantaat) is zo verbeterd dat slechthorende kinderen in het reguliere onderwijs mee kunnen draaien. Op deze school zitten kinderen met een taalontwikkelingsstoornis. Ze zijn soms wat lastiger te verstaan, maar hier hoeven ze zich niet te verbergen. Ze durven de lastige woorden op hun manier uit te spreken; Maximiliaan is trouwens een heel lastig woord, gelukkig helpt het gebaar met het brilletje.

Tijdens het voorlezen spreekt Wilma de woorden duidelijk uit. Ze draagt een apparaatje om haar hals waarmee haar stem wordt versterkt. Als er meer lawaai is in de klas, dan wordt haar stem automatisch luider. Tijdens het lezen gebruikt ze haar mimiek om emoties uit te drukken. Met haar handen maakt ze gebaren bij de woorden. Wilma: „Wij lezen heel veel voor en trainen daarmee het luisteren. Dat vinden deze kinderen heel moeilijk. Ze willen liever dingen zien. Vaak spelen we ook met de tekst. Ik maak het visueel: met knuffels of Playmobil speel ik het na. Alleen taal horen is voor hele jonge kinderen vaak best moeilijk. We herhalen verhalen ook heel vaak, zodat ze de tijd krijgen om het te begrijpen.”

Uur in de bus

De Burgemeester de Wildeschool heeft een regiofunctie. Vanuit een gebied van Texel tot Enkhuizen, Alkmaar en Akersloot rijden de bussen ’s ochtends naar Schagen. Minstens een uur zitten de meeste kinderen in de bus. Ook de kleuters, waarvan sommigen net vier zijn geworden. Wilma Hulshout geeft al zo’n jaar of veertig les op deze school. Ze ondersteunt haar woorden automatisch met gebaren, ook buiten de klas. De kinderen in de klas doen dat niet terug. „Dat is anders dan bij de slechthorende kinderen. Daar is een noodzaak want anders worden ze niet verstaan. Bij kinderen met TOS zijn gebaren ondersteunend aan de taal. Het is meer een geheugensteuntje. Ze horen mij praten maar hebben ook het visuele beeld van het gebaar erbij. Dan kunnen ze het makkelijker oproepen.”

Grammatica

Gebarentaal ter ondersteuning, zoals Wilma gebruikt, is niet hetzelfde als de gebarentaal die doven en slechthorenden gebruiken. Het is vooral de grammatica die anders is. De kinderen van de Burgemeester de Wildeschool kunnen weer terugstromen naar het reguliere onderwijs, zij moeten dus de gewone Nederlandse grammatica beheersen. Op scholen voor doven en slechthorenden wordt een eigen officiële taal gebruikt. Jolanda: „Wij zeggen: het kopje staat op tafel. Maar in gebarentaal, dus de taal voor doven en slechthorenden, zeg je eerst de belangrijke dingen. De volgorde wordt dan: kopje, tafel, op. De echte gebarentaal heeft echt een ABN. Daar moet je heel strikt in zijn. Je kunt niet zomaar met je handen wapperen en maar wat doen.”

Tijdens de coronacrisis waren de ogen gericht op Irma Sluis, de gebarentolk tijdens de persconferenties. Is er sprake van een Irma-effect? „Wij zijn altijd al met gebaren bezig”, vertelt Wilma. „Maar voor de buitenwereld kwam er opeens veel aandacht voor gebarentaal. Het wordt ook steeds meer ingezet. Ook bij anderstalige kinderen helpt het soms om de taal aan te leren. Bij kinderen met een lichamelijke beperking die moeite hebben met praten wordt het ook vaak gebruikt. Of bij kinderen die leren lezen.”

Visuele gebaren

Gewone basisscholen gebruiken ook vaak visuele gebaren waarmee je de klanken ondersteunt die moeten worden aangeleerd. Logopediste Jolanda de Wit: „Sommige kinderen vinden die letters leren gewoon heel ingewikkeld. Soms weten ze de klank niet, maar kan je ze op weg helpen door het gebaar te laten zien. Wij zijn heel blij met deze ontwikkelingen. Het helpt kinderen die niet zo taalgevoelig zijn op weg.”

Voor de kinderen op de Burgemeester de Wildeschool zijn de dagen lang en pittig. Jolanda: „Soms rijden ze hier de brug over en slapen ze al. Maar daarom is het zo belangrijk dat deze school hier staat. Vroeger moesten kinderen vanaf vijf jaar intern op school in Amsterdam. Door de komst van deze locatie in Schagen kunnen kinderen uit Noord-Holland Noord weer thuis blijven wonen.”

Wilma: „Wij zeggen altijd, het is een topsportschool. Want juist als luisteren en praten een probleem is, is onderwijs volgen heel zwaar. Er gebeurt van alles om je heen, het put je uit. Dat besef je alleen als je het zelf ervaart.”

Bron: Noord Hollands Dagblad - 27-1-2023, Clare Brouwer / Foto: Marc Moussault