1.2 Tijdelijke observatie- en interventieplaats op het S(B)O

In sommige situaties is het niet direct duidelijk welke ondersteuning het beste is voor een kind of is een situatie vastgelopen en is er geen directe oplossing voor handen. In deze gevallen is het wenselijk dat er een tijdelijke observatie- en interventieplaatsing in het speciaal (basis) onderwijs (S(B)O) mogelijk is, zodat zorgvuldig kan worden bepaald wat de beste vervolgstap is voor het kind.

Er is een sterke afname zichtbaar in tijdelijke observatie- en interventieplaatsen. Eén van de redenen hiervan is de toestroom van leerlingen naar de S(B)O-scholen, waardoor er minder ruimte is voor deze tijdelijke plekken. Mogelijke andere redenen kunnen zijn dat men beter de onderwijsbehoeften van leerlingen kan inschatten of dat directe oplossingen sneller voor handen zijn.

Jaarlijks wordt samen met de S(B)O scholen geëvalueerd of het aanbod van elke school aansluit bij de behoeften van de kinderen en worden indien nodig afspraken gemaakt over de verdeling van de middelen. In onderstaande grafiek maken we het aantal observatie- en interventieplaatsen duidelijk:

In bovenstaande grafiek vallen twee zaken op:
- Het totaal aantal observatie- en interventieplaatsen van afgelopen schooljaar is sterk gedaald ten opzichte van het jaar ervoor: van 23 naar 7.
- We zien in het schooljaar 2018-2019 een afname per trimester voor het aantal observatie- en interventieplaatsen: van 5, naar 2 naar 0.